Ik zag de luizen in haar haar
't moet fijn zijn om te leven daar
waar alles ruikt naar groen

En ik werd me niets gewaar
van wat ze toen vertelden maar
ik kon er niets aan doen

Ze keek me aan vol maneschijn
het deed me toch een beetje pijn
toen ze me verliet

Kon ik maar een luisje zijn
leven in dat haar zo fijn
in plaats van dit verdriet

Ik wandel door het dorre land
denk enkel aan haar achterkant
hoe sierlijk die bewoog

Ik die altijd te snel watertand
misplaatste eens mijn losse hand
en ving een mooi blauw oog

Ze keek me aan vol maneschijn
het deed me toch een beetje pijn
toen ze me verliet

Kon ik maar een luisje zijn
leven in dat haar zo fijn
in plaats van dit verdriet

Ze huilde wat toen ze me zei
je bent gek maar niet van mij
dus vertrek ik maar

Die mooie tijd is nu voorbij
het enige wat nog overblijft
zijn luizen in m'n haar

Ze keek me aan vol maneschijn
het deed me toch een beetje pijn
toen ze me verliet

Kon ik maar een luisje zijn
leven in dat haar zo fijn
in plaats van dit verdriet

Ik zag de luizen in haar haar
't moet fijn zijn om te leven daar
waar alles ruikt naar groen


Taal: Nederlands